Het begon met sneue aardappels; die kookte ik in de schil.
Toen ik ze vast kon pakken (dat is bij mij iets eerder dan bij anderen heb ik ontdekt) heb ik met een mesje de schillen eraf geschrapt.
Pan op het vuur met scheutje melk, klodder roomboter, evt wat geraspte kaas en/of een teentje knoflook.
Als de boter gesmolten is haal je het knoflook teentje eruit en doe je de aardappels erin. Pureren met een pureestamper (de mijne is nog van m’n oma geweest, dat kan ik over mn laptop niet zeggen…)
Er moest alleen nog een laagje paneermeel (van oud brood) gemengd met kaas over en klaar was de puree…
Nu waren de jongens (7 en bijna 12) ineens héél duidelijk dat ze geen zin hadden in puree. Of ik niet van die aardappeltaartjes kon maken die opa en oma wel eens hebben. Ze bedoelen pommes dauhpinois – waar mijn ouders inderdaad een heel lekkere versie van in de diepvries hebben.
Ik hoefde toch nergens heen; dus ben het experiment aangegaan: